...

02:45 UUR

21 november 2013, 08:40 | Robert Broncel | leestijd: 10 minuten | moeilijkheid: 10 / 12 | (0)

Wan­neer het vijf voor twaalf is, weten de meesten nog wel hoe laat het is. Echter, in het holst van de nacht is men door­gaans het spoor bijster. Dat bleek zon­neklaar na Bernanke’s opvol­g­ster Janet Yellen’s semi maid­en speech’ voor de Senaat. De beurs ging opnieuw opgewekt van start alsof de geld­pers het eeuwige lev­en heeft. Beleg­gers hebben bijgevolg weinig keus dan zich door het sonore slaapver­wekkende betoog van Bernanke’s opvol­g­ster opnieuw in slaap te lat­en sussen. Draghi in Europa en Abe in Japan doen niet anders. Over de ver­re­gaande mon­e­taire impli­caties in de (nabi­je) toekomst blijken ogen­schi­jn­lijk slechts weini­gen zich vooral­snog druk te maken. 


Immers, tot dusver heeft de Franken­stein geld­ver­ruim­ing al sinds 2008 toch stand gehouden? Trouwe lez­ers van mijn columns weten dat het voortbestaan van ons huidi­ge mon­e­taire sys­teem al geruime tijd een heet hangi­jz­er vormt. De schulden­vracht­en in dol­lars, euro’s, ster­ling en yen hebben intussen een vol­strekt onbe­taal­bare omvang gekre­gen. Zo heeft de V.S. een schuld gecreëerd van $17.000 mil­jard tegen een belast­ing­groei oplopend naar slechts $2.500 mil­jard ter­wi­jl het bal­ansto­taal van de Fed van $500 mil­jard in het jaar 2000 naar ca. $4 biljoen is gegroeid. Met een schuld van ruim 200% van het BBP doet Japan er nog een schep­je bovenop, ter­wi­jl het schuldenex­ces in Europa nog nage­noeg onaangeroerd is gebleven.

Vertrouwen­skwest­ie:
Hier­mee staat de vertrouwen­skwest­ie inza­ke het gehele mon­e­taire kaarten­huis nadrukke­lijk op het spel. De cen­trale bankiers in de V.S., V.K., EU, Zwit­ser­land en Japan weten dat hun hoofd op het hak­blok ligt maar houden staande dat ze wor­den aanges­tu­urd door hun bestu­ur (Janet Yellen!). Met een super laag gehouden rente proberen ze zich vast te klam­p­en aan een langza­am zink­end schip met een lage goud­pri­js (barom­e­ter van het mon­e­taire sys­teem) als dri­j­fanker. Zodra de goud­pri­js uit de band­breedte klapt, is het gedaan. Dat geldt ook voor één der sleutelvaluta’s. De hieruit voortvloeiende val­u­taoor­log is in wezen niets anders dan een han­del­soor­log die kan lei­den tot grote mon­e­taire insta­biliteit en op ter­mi­jn meer!

Het is geen won­der dat er reeds een aanzet is gegeven tot het omzeilen van de dol­lar nu er swab afsprak­en wor­den gemaakt tussen Chi­na, Rus­land, India, Aus­tral­ië, Zuid-Afri­ka en Brazil­ië. Naar­mate deze club” meer en meer buiten de dol­lar om han­delt, zal dit inter­na­tion­aal steeds meer in het oog lopen en zullen andere lan­den zich hier­bij willen aansluiten. Dit geldt met name voor de Azi­atis­che regio. De draag­munt van deze swabs is de Chi­nese yuan.

Poten­tie goud­pri­js:
Chi­na wenst haar munt nog niet tot de reserverol ver­heven te zien, omdat daar­toe een grootschalige finan­ciële infra­struc­tu­ur” (neem de oblig­atiemarkt) is vereist. Ten tweede is de Chi­nese goud­voor­raad nog niet op vol­doende sterk­te om als buffer te dienen voor de opvang van het koop­krachtver­lies van de geschat­te dol­lar­reserve van $3.600 mil­jard. Uit­gaande van Bloomberg’s meest recente schat­ting van 2.710 ton zal de goud­voor­raad nog min­stens met een fac­tor 5 tot 6 moeten aansterken om sub­stance te hebben. De World Gold Coun­cil verwacht even­wel dat Chi­na vanaf nu jaar­lijks 1.000 ton aan de voor­raad weet toe te voe­gen. Daarin ligt tevens de poten­tiële sti­jging van de goud­pri­js opgesloten.

Ter­wi­jl beur­sanal­is­ten zich blind bli­jven staren op de steeds verder oplopende beursko­ersen (zon­der dat deze door de economie wor­den gedra­gen), zouden ze er beter aan doen een oog te wagen aan de voort­woek­erende oor­log op de val­u­ta­markt die het inter­na­tionale mon­e­taire sys­teem draagt. Ook zouden ze een beter oog moeten hebben voor de malver­sa­ties en manip­u­laties op de effecten- als op de com­mod­i­ty­beurs (COMEX). Grote par­ti­jen proberen om deze reden steeds meer buiten de beurs om te handelen.

Roepen­den in de woesti­jn:
Tegen deze achter­gron­den is het opval­lend dat geza­ghebbende crit­i­ci als Paul Craig Roberts – econoom en voor­ma­lig onder­min­is­ter van Finan­ciën onder pres­i­dent Rea­gan, Ron Paul – pres­i­dentskan­di­daat voor de Repub­likeinen in 2012, David Stock­man – voor­ma­lig hoofd van het bud­get office onder pres­i­dent Rea­gan, Jim Rickards – econoom, invest­ment banker en auteur van Cur­ren­cy Wars’ e.a. hun opinies nauwelijks verte­gen­wo­ordigd zien in de main­stream media. Dat is alleen te verk­laren uit vrees voor totale chaos. Het is dezelfde vrees op grond waar­van de cen­trale banken tot sin­tjut­te­mus de geld­pers zullen moeten lat­en openstaan.

China’s macht:
Een ander wapen” (‘taper­ing’) is immers niet (meer) denkbaar, ter­wi­jl dat juist de groot­ste doo­d­zonde is! Deze han­del­wi­jze wordt vooral­snog getol­ereerd” zolang de par­ti­jen ter andere zijde” het voor­touw nog niet kun­nen nemen. Men moet zich even­wel realis­eren dat Chi­na op ter­mi­jn de dol­lar om zeep zal bren­gen, ter­wi­jl dit ook geldt voor de papieren goud­markt met als ref­er­en­tie het einde van de Lon­don Gold Pool in 1960. De mark­tkracht­en win­nen het uitein­delijk alti­jd van manip­u­latieve krachten.

Papieren tijgers:
De Fed zal nooit tot tapering’(duurdere mint) over­gaan in de weten­schap dat andere regio’s hier­van zwaar zouden prof­iteren. Anderz­i­jds zou wereld­wi­jde taper­ing’ direct tot gevolg hebben dat de rente op wereld­schaal sti­jgt en de aan­lei­d­ing vormt tot de doo­d­steek van het broze economis­che her­s­tel. Zelfs het dreigen met taper­ing’ lei­d­de in de V.S. al tot een sti­jging van de 10-jaars rente met 110 basis­pun­ten. Hier­mee wordt duidelijk dat de macht van de dol­lar, euro en yen niet meer dan tot schi­jn­macht van een totaal ver­loed­erd ban­cair en mon­e­tair sys­teem is ver­wor­den. Deze macht­en mogen intussen met recht als papieren tijgers” wor­den aangemerkt.

Sig­nalen:
Hierop werd ook geduid door het Chi­nese staatsper­sagentschap Xin­hua, opgetek­end door Bloomberg: what may also be includ­ed as a key part of effec­tive reform is the intro­duc­tion of a new inter­na­tion­al reserve cur­ren­cy that is to be cre­at­ed to replace the dom­i­nant U.S. dol­lar, so that the inter­na­tion­al com­mu­ni­ty could per­ma­nent­ly stay away from the spillover of the inten­si­fy­ing domes­tic polit­i­cal tur­moil in the U.S.’ (wat ook als een effec­tief mid­del in het her­vorm­ing­spro­ces zou mogen wor­den meegenomen is de intro­duc­tie van een nieuwe inter­na­tionale reserve­va­l­u­ta ter ver­vang­ing van de dom­i­nante dol­lar, zodat de inter­na­tionale gemeen­schap zich per­ma­nent zou kun­nen dis­tan­tiëren van de gevol­gen van het toen­e­mende poli­tieke rumo­er in de V.S.). Deze uit­spraak is duidelijk bedoeld als een schot voor de boeg, uit­er­aard niet afkom­stig van een regeringszegs­man. Dat is daar niet ongebruikelijk.

In Rus­land zijn er intussen eve­neens stem­men opge­gaan die menen dat de instort­ing van de dol­lar nabij is. Anderz­i­jds bezit­ten nage­noeg alle Rus­sis­che hoteme­toten een buiten­landse bankreken­ing die na Cyprus grootschalig is omgezet van euro’s in dol­lars. Echter, zodra de nood aan de man komt, zijn er naast de yuan nauwelijks alternatieven.

De beurs:
Voor beleg­gers bli­jft de vraag in hoev­erre de opwaartse beweg­ing op de beurs doorzet, reken­ing houdend met de stel­regel dat de aan­de­len­markt veel langer irra­tion­eel kan bli­jven bewe­gen dan de ratio van de beleg­ger toes­taat. De aan­de­len­mark­ten dri­jven gro­ten­deels op de geld­pers daar de bedri­jf­swin­sten meren­deels tot stand komen mid­dels her­struc­turering c.q. afs­lank­ing (verkoop van onderde­len en ontslag van per­son­eel). Er is immers nauwelijks sprake van inkomensgroei bij de con­sument dus ook niet van een noe­menswaardi­ge omzetgroei bij het bedri­jf­sleven. Alleen Azië met Chi­na voorop vormt een apart ver­haal. De OECD heeft niet­temin de groei voor vol­gend jaar neer­waarts bijgesteld.

Hoe opti­mistisch de beleg­gers (nog) zijn, moge blijken uit onder­staande grafiek. In het verleden bewees de bear­ish sen­ti­ment indi­ca­tor, nu met een uit­slag van 17,57% dik­wi­jls een voor­bode van een beur­som­slag te zijn.

Daar komt bij dat de totale mar­gin schuld is opgelopen naar $401,2 mil­jard in sep­tem­ber j.l. aangevend dat veel aan­de­len wederom met geleend geld wor­den gekocht. In de prak­tijk blijkt er een hoge posi­tieve cor­re­latie te bestaan tussen het beurs­beeld en het uit­staande quan­tum geleend geld. Wat dit wil zeggen is dat de meeste beleg­gers vooral­snog posi­tief gestemd zijn. Immers, hoe geringer het bear­ish sen­ti­ment, hoe hoger de beurs en omgekeerd.

Een soort­gelijk onder­zoek werd onlangs uit­gevo­erd door Mer­rill Lynch die met een indi­ca­tor van 15,6% op de laag­ste stand in 4 jaar is gekomen, net iets min­der dan de stand in april 2011. In de zomer daarop viel de S&P met bij­na 20% terug. Het prob­leem met dit soort indi­ca­toren is dat ze op zich nut­tig zijn maar niet het moment van een omslag kun­nen aangeven. Als beleg­ger dien je er wel ter­dege reken­ing mee houden.

Een andere index om in de gat­en te houden is de volatiliteitsin­dex. Ook deze ligt er als een steeds dieper slapende vulka­an bij. Een en ander heeft er de schi­jn van dat alle seinen op groen staan, geheel vertrouwend op het uit­gestip­pelde beleid van de cen­trale bankiers dat tot sin­tjut­te­mus zal uit­lopen zolang Chi­na dit toes­taat. Pas bij een stand van 25 wordt het oppassen geblazen. De beursvolatiliteit wordt door­gaans veroorza­akt door externe omstandighe­den zoals een plot­selinge rente­be­weg­ing, buiten­par­lemen­taire uit­sprak­en, oor­logs­dreig­ing of onverwachte beweg­in­gen op de grond­stof­fen­markt, bijv. een plot­selinge beweg­ing van de olieprijs.

Een soort­gelijke waarne­m­ing biedt de Baltic Dry Index die de wereld­wi­jde economis­che trans­portac­tiviteit meet. Sinds de laat­ste jaren is hier ook sprake van absolute rust.



Gezien deze onnatu­urlijke mark­tom­standighe­den dienen beleg­gers hoe dan ook meer dan ooit waakza­am te bli­jven. Per slot von­den de groot­ste dalin­gen alti­jd plaats op een moment (voor­beelden: 1929, 1987 en 2000) dat de beleg­gers opti­maal posi­tief waren.

Robert Bron­cel
Voor US Markets 

PS. op mijn open brief” aan pres­i­dent Oba­ma van begin sep­tem­ber werd door het Witte Huis alleen inge­gaan voor zover het de ontwik­kelin­gen in Syrië betrof, dit mede gelet op de aan­hef in deze brief.


Reageren

Anonieme comments achterlaten is niet toegestaan. Hiervoor moet u ingelogd zijn. Login »
Turbo’s zijn complexe instrumenten en brengen vanwege het hefboomeffect een hoog risico mee van snel oplopende verliezen. 7 op de 10 retailbeleggers verliest geld met de handel in turbo’s. Het is belangrijk dat u goed begrijpt hoe turbo’s werken en dat u nagaat of u zich het hoge risico op verlies kunt permitteren.