...

Hou counteren reuzen van de chemie de crisis?

5 juli 2010, 18:22 | US Markets Redactie | leestijd: 7 minuten | moeilijkheid: 11 / 12 | (0)


De chemis­che indus­trie heeft ook klap­pen moeten incasseren tij­dens de cri­sis 2008 – 2009. Toch zijn de omzetten die nog gehaald wer­den indruk­wekkend. En ook Ned­er­land laat zich niet onbe­tu­igd in de club van de top-10.


In de jaren 60 en 70 van vorige eeuw was chemie echt hot, de scheikun­de­lokalen puilden uit en een job in die sec­tor vin­den was niet moeil­ijk en gaf een per­spec­tief van jaren­lange werkzekerheid.

Lat­er nam de oliesec­tor, eigen­lijk een neven­branche van de chemie, de fakkel over als tew­erk­stellings­mag­neet. Deze sec­tor doet geregeld van zich spreken, spi­jtig niet alti­jd op zulke leuke manier. Want als iets gebeurt met olie dan kre­unt meestal het milieu, denk maar aan wat er sinds 20 april 2010 aan de hand is in de Golf van Mexico.

Van­daag de dag heeft de chemis­che indus­trie nog alti­jd een belan­grijke rol te spe­len, denk maar aan de grond­stof­fen, nodig voor de auto- en bouwin­dus­trie, de land­bouw en de ontel­bare pro­ducten die de con­sument nodig heeft.

De cri­sis heeft ook de chemiesec­tor getrof­fen en in 2008 zagen al de betrokken bedri­jven hun omzet terug­vallen met ca 20%. Ook in 2009 ging het verder bergaf, maar in de loop van het vierde kwartaal 2009 was een sta­bil­isatie te noteren.

Hier zijn de top-10 chemiereuzen voor het jaar 2009 met de omzetten die ze toch nog kon­den realiseren: 

alt

We begin­nen op plaats 10 met het Ned­er­landse Akzo Nobel (Euronext Ams­ter­dam: AKZA) met hoofdze­tel in Ams­ter­dam. Dé spe­cialiteit is verf en lak, aange­vuld met fijn­chem­i­cal­iën, dit zijn chemis­che pro­ducten voor heel spec­i­fieke toepassin­gen. De fir­ma is relatief jong want opgericht in 1969, maar de wor­tels ervan zijn meer dan 150 jaar oud.

Plaats 9 komt toe aan een Amerikaans bedri­jf met een Franse naam. DuPont (NYSE: DD) heet voluit E.I. du Pont de Nemours and Com­pa­ny met hoofdze­tel in Wilm­ing­ton (Delaware, USA) en is opgericht in 1802 als buskruit­fab­riek. Bek­ende pro­ducten zijn diverse vezels, zoals nylon, lycra en kevlar eve­nals kun­strub­ber neo­preen en de qua­si onaan­tast­bare kun­st­stof teflon, o.m. voor antibak­la­gen in pan­nen.
Het bedri­jf heeft erg gele­den onder de cri­sis en verwacht dat eerst tegen eind 2011-begin 2012 het omzetniveau van 2008 terug op de tabellen zal verschijnen.

Het Saoe­di-Ara­bis­che chemiecon­cern Sabic (Sau­di Basic Indus­tries Cor­po­ra­tion) komt de 8ste plaats toe. De onderne­m­ing bestaat sinds 1976 en is, alhoewel voor 70% eigen­dom van de staat, geno­teerd op ede Sau­di Stock Exchange.
In de loop van 2009 nam Sabic het Ned­er­landse DSM Petro­chem­i­cals en GE Plas­tics, de kun­st­stof­di­visie van Gen­er­al Elec­tric over. Na een terug­val in 2008 en 2009 ziet het bedri­jf mogelijkhe­den om groei te realis­eren, vooral door het ontwikke­len van de poly­meer­busi­ness van dochterbedri­jf Sabic Inno­v­a­tive Plas­tics (SIP).

Op plaats 7 tre­f­fen we een bedri­jf aan, dat in Europa vooral gelinkt is aan auto’s. In Japan, waar de hoofdze­tel is geves­tigd, verbindt men de naam Mit­subishi met één van s lands groot­ste banken en met het chemiecon­cern Mit­subishi Chem­i­cal ( Tokyo Stock Exchange: 4188). De onderne­m­ing biedt een breed gam­ma aan, zoals gespe­cialiseerde chem­i­cal­iën voor de bouw en de voed­ing, opname­me­dia (dvd’s, cd’s …), far­ma­ceutis­che pro­ducten, monomeren voor kun­stvezels en zo meer.

Dat het Ned­er­landse hold­ing Lyon­dell­Basell toch nog op de 6de plaats te vin­den is, kan enige ver­won­der­ing wekken. Want begin 2009 moest het bedri­jf nog bescherming tegen vooral schuldeis­ers zoeken via Chap­ter 11’ en via een gerechtelijk akko­ord (surseance). De Hold­ing ontstond op het einde van de 1990’er jaren uit het samensmelten van de kun­st­stof­di­visies van BASF en Hoechst en werd bestu­urd als gemeen­schap­pelijke onderne­m­ing van BASF en Shell, tot het in 2004 verkocht werd aan de Rus­sis­che investeerder Lev Blavat­nik. Het ineen­storten van de kun­stof­fen­markt in 2008 en een hoge schulden­last deden Lyon­dell­Basell (bij­na) de das om. Tegen het einde van 2009 dacht het Indi­ase Reliance Indus­tries (zie verder) een slag te kun­nen slaan door Lyon­dell­Basell over te nemen, maar dit aan­bod werd weggewuifd.
Dat er nog in het bedri­jf wordt geloofd, mag blijken uit de kap­i­tal­en, toegestopt door o.a. Apol­lo Man­age­ment en Ares Management.

Bij num­mer 5 aangekomen, ont­moeten we het Indi­ase Reliance Indus­tries, dat zoals hier­boven gezegd zijn zin­nen had gezet op Lyon­dell­Basell maar zijn zin niet kreeg. Reliance (LSE: RIGD) is qua mark­t­waarde het groot­ste indus­triële con­glom­er­aat van India. Het is pro­du­cent van olie en gas, poly­meren, grond­stof­fen voor tex­tiel en een breed gam­ma chem­i­cal­iën. De chemis­che divisie, waar­naar boven­staande tabel ver­wi­jst, kent sinds 2009 een sterke groei.

En num­mer 4 is een naam die in de chemiew­ereld klinkt als een klok. Voor velen is Bay­er (XETRA: BAY) geas­so­cieerd met het bedri­jf uit het Duitse Lev­erkusen waar aspirine ont­dekt is. Maar Bay­er is veel meer dan een far­mareus. Het bedri­jf bestaat uit drie activiteits­ge­bieden: Health­Care (far­ma), Crop­Science (pro­ducten voor land- en tuin­bouw en biotech­nolo­gie) en Mate­ri­alScience (chemis­che grond­stof­fen en poly­meren). Ook Bay­er heeft gele­den onder de cri­sis en de 31,2 mil­jard omzet in 2009 is ver onder het niveau van de jaren ervoor.

Het brons gaat naar een over­bek­end chemisch bedri­jf uit de VS: The Dow Chem­i­cal Com­pa­ny (NYSE: DOW). Dow is wereld­wi­jd de groot­ste pro­du­cent van kun­st­stof­fen en syn­thetis­che rub­ber. De onderne­m­ing is enkele malen ongun­stig in de belang­stelling gekomen, ten tijde van de Viet­namoor­log als pro­du­cent van napalm en Agent Orange en in 1984 door de giframp in het Indi­ase Bhopal. Dow’s Chi­nese con­cur­rent Chem Chi­na heeft begin 2010 lat­en weten, belang­stelling te hebben voor de land­bouw­di­visie van Dow.

Het bedri­jf Ineos uit het VK heeft zich in de loop der jaren uit­ge­breid door een reeks over­names, zoals afdelin­gen van BASF, BP, Degus­sa, Dow Chem­i­cal, Hoechst, Solvay enz.
Tot 2008 was Ineos het derde groot­ste chemis­che con­cern ter wereld, maar in 2009 bereik­te het de tweede plaats wat de omzet betre­ft.
Het bedri­jf pro­duceert spe­ciale chem­i­cal­iën en tussen­procten, zoals gly­colen, esters en oxides.

De ere­plaats komt toe aan een Duitse reus, BASF (XETRA: BAS) uit Lud­wigshafen. BASF werd in 1865 opgericht en was aan­vanke­lijk een kleurstof­fen­fab­rikant. Nu pro­duceert en dis­tribueert BASF meer dan 9.000 chemis­che grond­stof­fen en tussen­pro­ducten. Wereld­wi­jd het groot­ste chemiecon­cern heeft ook ste­vige klap­pen gekre­gen van de cri­sis en het man­age­ment gaat ervan uit, dat omzetten zoals die waren voor 2008 slechts vanaf 2012 terug in de tabellen zullen verschijnen.

Het zal over een jaar de moeite lonen een nieuw overzicht­je te mak­en van de reuzen van de chemie. Als de verwachtin­gen van de respec­tievelijke toplui van deze bedri­jven klop­pen, dan zouden we omzetgroe­ici­jfers van min­stens 5 tot 10% moeten kun­nen noteren.

Jan Van Besauw
Pub­li­cist voor US Mar­kets
________________________________________
Onder­getek­ende is een gepen­sioneerde mar­ket­ing man­ag­er. Hij schri­jft voor US Mar­kets o.m. columns, nieuws­bericht­en en artike­len over diverse onder­w­er­pen. Hij heeft op het moment van schri­jven geen materieel belang of bez­it in de bespro­ken bedri­jven of beleggingsinstrumenten.


Reageren

Anonieme comments achterlaten is niet toegestaan. Hiervoor moet u ingelogd zijn. Login »
Turbo’s zijn complexe instrumenten en brengen vanwege het hefboomeffect een hoog risico mee van snel oplopende verliezen. 7 op de 10 retailbeleggers verliest geld met de handel in turbo’s. Het is belangrijk dat u goed begrijpt hoe turbo’s werken en dat u nagaat of u zich het hoge risico op verlies kunt permitteren.